Wat een prachtige week. Jong & oud ging aan de slag rond het thema ‘Vriendschap’ met beeld en/of woord. Nina Everaert, stadsdichter Damme, liet haar inspireren door jullie verhalen en creëerde één groot Dams Vriendschapsgedicht. Hier nog een laatste glimp van een mooie week vol ‘Vriendschap’.
Groot Dams Vriendschapsgedicht
je hebt geduld met me
past me de bal en lacht
als ik hem aan me voorbij laat rollen
neemt mijn hand vast als ik twijfelend de straat oversteek
helpt me sturen als de boot stroomafwaarts drijft
je rolt je broek op en staat met je enkels in het koude water
soms lukt me het roeien niet meer
moedig en met een glimlach duw je de sloep weer op koers
“geen stress, ik los het wel op maatje”
ik kijk naar je handen
waarmee je de thee roert
de dampen ervan het speelveld
voor onze zachte stemmen
ze dansen in kringels om elkaar heen
of botsen hoofd vooruit de keikoppen over
je fluistert soms dat het leven niet lukt
ik zwijg aandachtig
en doe nog wat honing in het troebele water
ook al weet ik dat jij dat zelf ook wel kan
onderweg vond je een hoopje verdriet
stopte het in je broekzak
ik zie tussen het verwoede knabbelen op kruimelkoekjes
dat je ermee wil vechten
ik houd je handen vast
zodat we er samen naartoe kunnen proberen kijken
als ik tussen de kruimels val,
veeg jij het stof uit mijn ogen
geeft me een schop onder de kont
samenspel maakt dat de noten veel voller klinken
ik zing naast de toon
verstop dan mijn tranen
jij doet heldhaftig alsof je ze niet gezien hebt
legt dan een plaat op de speler
laat de naald erop zakken
stelt het toerental bij
De machine vroemt en rinkelt
het is al een oud beestje
maar zelfs als er rook uit de oren stoomt
nemen we samen een schroevendraaier
steken we ons hoofd onder de capeau
want je vertelde me op een dag besloten te hebben
om radicaal van me te willen houden
onvoorwaardelijk vond je goedkoop
net als Valentijn en diepvriesmacarons
dus na het driftig afslaan in een andere richting
komen we altijd terug aan de zee terecht
een vriendschap als deze
rijd je niet zomaar kapot
en als we toch ooit niet meer bij elkaar zouden passen
wuif ik je met een glimlach uit
zal ik het niet kunnen laten me af te vragen
of we elkaar ooit terug zullen vinden
en ja,
er zijn blutsen en bulten en schreven en krassen
drukke agenda’s, verdriet, eenzaamheid, aftasten
een lief in de weg
of een bal fout gespeeld
je plant laten doodgaan
eens vals gespeeld
maar onze vriendschap is echt
daar ben ik zeker van
je durft van me te houden,
wanneer ik dat zelf niet kan
Nina Everaert
Stadsdichter Damme