Het leegstandsrapport van Locatus heeft een licht positief rapport voor West-Vlaanderen. In vergelijking met vorig jaar zijn de leegstandscijfers minimaal gedaald. Het aantal leegstaande verkooppunten is met 0,1 procentpunt gedaald en de totale winkeloppervlakte is met 0,3 procentpunten afgenomen. Hoewel de daling op nationaal niveau sneller verloopt, is er een licht optimisme dat er eindelijk een einde komt aan de stijgende leegstandscijfers van de afgelopen jaren. Er is echter nog veel werk aan de winkel volgens Vincent Kint, gedelegeerd bestuurder van UNIZO West-Vlaanderen.
Maar de positieve berichtgeving moet genuanceerd worden. De leegstand van winkelpanden in West-Vlaanderen blijft hoog, namelijk 10,3%, en voor de winkelvloeroppervlakte bedraagt dit 8,6%. De steden en gemeenten hebben de afgelopen jaren extra aandacht gegeven aan de leegstandsproblematiek, wat nu begint vruchten af te werpen. Het is echter een werk van lange adem. UNIZO roept de steden en gemeenten op om deze inspanningen vol te houden, zodat er gestreefd kan worden naar een gezonde frictieleegstand van een 6 à 8%.
Opvallend is dat enkel Brugge onder de centrumsteden (Brugge, Oostende, Kortrijk, Roeselare en Ieper) zowel voor het aantal winkelpanden als voor de winkelvloeroppervlakte een lager percentage heeft dan het West-Vlaamse gemiddelde.
Verontrustend blijft de hoge leegstand in hoofdwinkelgebieden en in de binnenstedelijke winkelstraten. Om ook in de kernen tot een normale frictieleegstand te komen, moet er nog veel gebeuren. UNIZO pleit voor een Winkelshift waarbij er geen bijkomende winkeloppervlakte buiten de huidige kernen gecreëerd wordt. Het is namelijk de ongebreidelde uitbreiding in shoppingcentra, baanwinkels en perifere vestigingen die ons tot deze hoge leegstandcijfers heeft gebracht. Daarnaast moet er gewerkt worden aan een mix van functies in de bestaande kernen, zoals handelspanden die ingevuld worden door andere commerciële functies zoals diensten, vrije beroepen en ambachten. Het combineren van wonen, werken, winkelen en ontspannen op goed bereikbare plaatsen zorgt ervoor dat alle voorzieningen binnen een redelijke afstand te vinden zijn en dat alle functies bijdragen aan een aantrekkelijke en levendige kern – de Bedrijvige kern, aldus Vincent Kint.